Navigeren
Moest ik híer nou naar links? De zon staat op zijn hoogste punt, het is warm en ik weet het even niet meer. Mijn weg vinden in de medina van Marrakech, met de wirwar aan smalle straatjes zonder naambordjes, blijft een uitdaging. Navigeren is nog nooit mijn sterkste kant geweest, maar ik denk dat ik niet de enige ben die moeite heeft met de plattegrond van deze bruisende stad. Zelfs Google maps heeft problemen om hier van A naar B te komen.
Maar het is me gelukt! Bij Terrasse des épices geniet ik in het zonnetje van een glas avocado-juice dat nergens ter wereld zo lekker smaakt als hier in Marokko. De oproep tot het middaggebed overstemt even het easylistening muziekje op de achtergrond en ik kom weer helemaal tot rust.
Gidsen
Voordat mijn gasten voor de Taragalte Festival-reis morgen aankomen bezocht ik vanochtend een juweel in Marrakech – de historische koranschool Medrassa ben Youssef. De koranschool is al een paar jaar gesloten vanwege een grootschalige renovatie, maar heel veel langer kan het niet meer duren. Gesneden cederhout, marmer, zelliges-tegeltjes en heel fijn stucwerk – wat een prachtig vakmanschap! Vanaf de Medrassa is het niet heel ver lopen naar Terrasse des épices, maar het is best goed verstopt. De kans is groot dat je niet in één keer goed loopt en je ineens een aardige jongeman voor je hebt staan die je heel graag de weg wil wijzen. Ook als je daar niet op zit te wachten en het liever zelf uitvogelt – vasthoudende types. Vandaag had ik er eentje die zo’n 40 seconde met me meeliep totdat ik in de soek van de koperbewerkers terecht kwam en ik mijn ogen uitkeek. Ik hou er van om naar vaklui te kijken die met hun oude ambachten de mooiste dingen maken. Om van de opdringerige gids af te komen, gaf ik hem 10 Dirham. Een paar jaar geleden was dat nog een prima bedrag, maar helaas dacht deze jongen daar anders over. Minimaal 50 dirham moest ik toch zeker betalen voor zijn hulp
en ambachten
Tijdens die 40 seconde die de jongen met me meeliep kwam ik langs een koperslager die met een enorme hamer op een koperen pot timmerde. Hij sloeg er koperen nagels in en was net met de laatste bezig. Tien meter verder draaide ik om en liep terug naar de koperslager om nog even te kijken naar wat hij aan het doen was. De ‘gids’ kwam meteen verhaal halen eiste zijn geld op. De eigenaar van een winkeltje aan de overkant kwam kijken wat er aan de hand was, waarop de jongen afdroop met zijn 10 dirham. Ik raakte aan de praat met eigenaar en met hem als tolk kwam ik in gesprek met de koperslager. De koperen ketel waar hij zo hard aan werkte zou later worden opgehaald door de tapijtenmakers even verderop in soek Joubia Zrabi – zij wassen er tapijten in.
Aan de rand van het smalle steegje smolt de koperslager een stukje van een grote koperen plaat die op een houtskoolvuurtje gelegd werd. Op een houten krukje keek ik in zijn ieniemienie werkplaatsje toe hoe hij als echte ambachtsman met een malletje en het koper nieuwe nagels maakte. Hij had er duidelijk plezier in, zijn ogen glommen van trots en vertelde honderduit over zijn werk. Ik knikte van ja, oh en ah terwijl hij allerlei gereedschap liet zien waarvan ik nu nog steeds niet weet wat ie ermee moet. Een kopje thee en een half huwelijksaanzoek verder nam ik afscheid van deze gezellige man en realiseerde me weer dat dit het echte Marrakech is. Een mooie stad met prachtige, vriendelijke en open mensen die zelfs als ze het druk hebben, de tijd nemen om thee met je te drinken en je te vertellen over hun leven en werk. Zulke momenten zijn goud waard en doen de ergernis over het navigeren en de ‘gidsen’ razendsnel vergeten.
Geef een reactie